dinsdag 13 december 2011

Favoriete citaten (1)

"Het eten was trouwens ook erg goed, al heb ik daar geen verstand van. Erg veel, met enorme stukken vlees of dito ballen gehakt, echt de feesttafel voor de misdeelden, die zich dicht vreten want misschien is er morgen niks meer en er kan oorlog komen ook. Ik houd daar wel van, want ik ben zelf uit het volk. Daardoor weet ik ook dat het volk er onder moet worden gehouden en nooit aan de macht dient te komen. Maar ik heb zelf liever een arbeidersjongen dan een politicoloog, want het gaat niet om het verstand maar om het hart."
- Gerard Reve (* 14 december 1923)

Uit: Het Boek van Violet en Dood, 1996

zondag 16 oktober 2011

Aber am liebsten fahre ich Eisenbahn

Aber am liebsten fahre ich Eisenbahn
durch mein kleines wärmendes Land

- Sarah Kirsch

Uit: Landaufenthalt, 1969

Ik moest, op de terugweg van Drenthe naar Den Haag, aan deze regels denken. Ook in het gedicht van Sarah Kirsch is het buiten koud; des te mooier de regels "durch mein kleines wärmendes Land".

Na de oorlog werden de mooiste Duitse gedichten geschreven in de DDR. Sarah Kirsch, Karl Mickel, Heinz Czechowski, Wulf Kirsten. Sächsische Dichterschule. Bleef er, omdat er minder te consumeren viel, meer tijd over voor poëzie? Of bood poëzie een uitvlucht uit het grauwe reëel existerende socialisme?

Sarah Kirsch, inmiddels 76, woont al bijna dertig jaar in Schleswig-Holstein. In Berlijn woonde ze ooit in een zelfmoordflat, in een "verletzende viereckige Gegend", zoals ze het zelf omschreef. Haar poëzie is nog zo fris als toen ze voor het eerst verscheen, al is mijn verzamelbundeltje Katzenkopfpflaster (uit 1985) inmiddels behoorlijk vergeeld.

Sarah Kirsch is ongetwijfeld niet de beste - voor zover je in deze termen kunt spreken - Duitse dichter van na de oorlog. Peter Hacks sprak ooit geringschattend over de "Sarah-Sound". Maar Sarah Kirsch is - net als in Nederland M. Vasalis - wel een dichter waar je van kunt houden.

zondag 9 oktober 2011

Het meest magische schilderij van Claude Lorrain in het mooiste museum van Nederland

Het bloed van de onthoofde Medusa verandert het zeewier in bloedkoraal. Nu te zien in het Teylers Museum in Haarlem, normaal gesproken in Wells-next-the-Sea (Holkham Estate).

zaterdag 8 oktober 2011

Mickel vertaald (1)

De academische muis analyseert het wezen van de kat

Het gezonde muizenverstand houdt de kat voor een alomtegenwoordig levend wezen
Wiens schaduw boven ons zweeft, nog voor we zijn voetstappen hebben gehoord
Vraatzuchtig zijn bek! onontkoombaar zijn klauwen! en over de kleur van de kat moet men opmerken
Ze heeft er geen, want ze kan elke kleur aannemen.

Haar werkelijke wezen echter is dat van een gedegenereerde nakomeling.
Zelfs voor honden, die ons geenszins met problemata confronteren,
Vlucht ze de boom in, en gedraagt zich in een verhouding van 1 : 12
Tot tijger en leeuw, de krachten, waarvan ze afstamt.

Onze gehele praktische politiek moet er dus op gericht zijn
De kat de omvang van de oorspronkelijke leeuw en tijger terug te geven
Omdat wij dan a) als kleine porties eenvoudigweg uit hun blikveld vallen
En b) de verhouding van de reactietijd beslissend in ons voordeel zou omslaan.

Vertaling van: Karl Mickel - Die akademische Maus analysiert das Wesen der Katze (1988)

maandag 3 oktober 2011

Sixties-meisje voorbij



Als je dat stukje van Jan Vollaard leest zou je de indruk kunnen krijgen dat je geen historische gebeurtenis hebt gemist.
In werkelijkheid was het concert in Paradiso op zijn minst een ongebruikelijke belevenis. Marianne moest het podium op- en afgeholpen worden, had duidelijk teveel gedronken, was snipverkouden, was inderdaad een paar keer niet zo tekstvast, was soms niet tevreden over de gitaarbegeleiding, kwam met een taart aanzetten voor de jarige musical director, hield een politieke toespraak waarin ze Amerika afschilderde als het enige echte 'evil empire', trapte haar elegante schoentjes uit, liet eerst thee met drie limoenschijfjes en vervolgens sigaretten aanslepen, zong ondertussen met een ijzeren strot en gaf van enkele nummers uitstekende interpretaties. A woman in her own right, met een rijk eigen repertoire, die in de herfst van haar carrière de ene na de andere goede plaat aflevert. Dus hou eens op met die clichés over het sixties-meisje en de Stones.

zaterdag 27 augustus 2011

Humoristische romanfragmenten (2)

Een vogel zingt om zijn Schepper te loven. Als hij niet door het dichte struweel aan onze blik onttrokken is, zien wij hoe zijn vedertjes in bonte kleurenpracht medetrillen met zijn zang, wat mijn woorden duidelijk bevestigt.
Ik stond eens in de vroege zomeravond samen met de cultuurfilosoof Eddy Kleingeld naar zulk een vogelken te kijken en te luisteren, en deze Eddy Kleingeld had een geheel andere opvatting dan de mijne, die dan ook geheel onjuist was. Volgens hem zaten er in het dier, die vogel dus, allemaal klieren die het aan het zingen zetten om zodoende zijn gebied af te bakenen en een andere vogel tot geslachtsverkeer uit te nodigen. Ik geloofde dat niet en U gelooft het natuurlijk ook niet, maar die Eddy geloofde alles, als het maar ergens in stond, al wist hij niet meer in welke krant of periodiek het was. Ik zeide dus die vogel die heb helemaal geen klieren, daar is hij trouwens veel te klein voor, maar jij hebt wel klieren, gewoon in dat misvormde suikerzieke nichtenlichaam van je want je bent tegen God terwijl die vogel gewoon uit zichzelf, spontaan dus, een geheel lied voor God zingt dat niemand hem geleerd heeft, intuïtief dus, door een diepe vroomheid. Wist jij dat bijna alle vogels katholiek zijn, zelfs als ze niet zingen? Ik heb jou nog nooit horen zingen, want dat kun je niet. Wel een rare vogel, die Eddy, vindt U ook niet?

- Gerard Reve

Uit: Het Boek van Violet en Dood, 1996

donderdag 11 augustus 2011

Sure you're out there, vomiting around

Theodore Dalrymple, altijd goed voor instemmend gegrom en stiekem gegrinnik, slaat in zijn laatste oprisping de plan toch wel grondig mis:

Relatively poor as the rioting sector of society is, it nevertheless possesses all the electronic equipment necessary for the prosecution of the main business of life; that is to say, entertainment by popular culture. And what a culture British popular culture is!
Perhaps Amy Winehouse was its finest flower and its truest representative in her militant and ideological vulgarity, her stupid taste, her vile personal conduct and preposterous self-pity.
Her sordid life was a long bath in vomitus, literal and metaphorical, for which the exercise of her very minor talent was no excuse or explanation. Yet not a peep of dissent from our intelllectual class was heard after her near canonisation after her death, that class having long had the backbone of a mollusc.

(The Australian, 11 augustus 2011)

Je kunt veel van Amy zeggen, maar ze stond als soulzangeres op hetzelfde niveau als Aretha Franklin en Dusty Springfield. Daar doet al dat gezuip, gekots en gespuit niets aan af. En bovendien liet ze ongelooflijk mooie videoclips maken.

woensdag 10 augustus 2011

"...wat smakeloos, wat dom, wat kinderachtig en wat grof."

"'Het is een tijd van veel grote veranderingen tegelijk. Nu pas zien we veranderingen die zich in de negentiende en twintigste eeuw al aankondigden. De toegenomen technologie en de ongeëvenaarde groei in communicatiemiddelen hebben al die ontwikkelingen explosief doen versnellen. Met als gevolg dat het denken van de mensen over de maatschappij en over henzelf radicaal is veranderd. Het idee van een collectief werd vroeger niet altijd als prettig ervaren, maar het werd wel geaccepteerd. Vanaf de Tweede Wereldoorlog is dat idee geërodeerd. De vaste patronen die aan de basis horen te staan van een samenleving zijn het afgelopen decennium helemaal verdwenen.'
Mensen zijn individualistischer geworden?
'Waren ze maar individualistisch. Het is eerder het tegenovergestelde, iedereen is bezig de laatste trends achterna te lopen en laat zich door anderen opdringen welk leven hij moet leiden. Niets komt meer vanuit de mensen zelf. Zodra prikkels van buiten uitblijven begint iedereen zich stierlijk te vervelen. Zonder voortdurende afleiding, zo schijnt het mij, kan men tegenwoordig niet leven. Voor creativiteit, die mensen altijd innerlijke voldoening heeft kunnen brengen, is geen ruimte meer, erger nog, er is geen behoefte meer aan.
Ik weet niet eens of ik het de jongeren van nu kan verwijten, het is de tijd die hun bewustzijn zo heeft bepaald dat ze niet stilstaan bij wat ze missen. Ze denken aan banen, gezinnen, relaties en andere zaken die hen overkomen, ze laten hun leven opvullen en komen altijd tijd te kort. Dat is iets nieuws. Het belang dat wordt gehecht aan het oordeel van anderen, je imago, is ongekend toegenomen. Mensen weten niet meer wat ze kiezen en vooral dat er iets te kiezen valt. Leren je verantwoordelijkheden te eren, zonder te verliezen waar je zelf in gelooft, wat je zelf wil en kunt. Het is tragisch dat mensen zo weinig autonoom zijn.
Ik heb me nooit gerealiseerd hoe moeilijk het moment is dat je levenskeuzes niet meer zelf kunt maken, wanneer je zo oud bent dat je alleen nog bezig bent dood te gaan. Maar toch denk ik: mij kun je niets wijsmaken. Dat heb ik altijd gehad.
Bij zoveel zaken van tegenwoordig denk ik: wat smakeloos, wat dom, wat kinderachtig en wat grof. Ik hoor er niet meer bij. Ik hoor niet meer bij deze tijd. Ik ben opgevoed met andere... (ze pauzeert, het lukt haar niet de woorden zonder ironie uit te spreken)... normen en waarden. Als ik in het heden opgroeide zou ik misschien hetzelfde denken als de jongeren van nu, en voortdurend lopen te twitteren, maar wat een waanzinnig leven lijkt me dat. Dat je identiteitsgevoel is opgebouwd uit het versturen en ontvangen van zinloze berichten. Ik begrijp dat leven niet. Natuurlijk is Twitter niet zonder verdiensten, kijk maar naar de Arabische lente. Maar waar twitteren wij over? "Ik sta bij de Bijenkorf." (ze lacht hartelijk) Wat is dan de bodem van je bestaan?'
Wat is precies het gevaar?
'De verschraling van het besef van de werkelijkheid. Het reliëf, de fantasie, dat is toch de jus van het leven. Ik begrijp het gewoon niet, ik heb geen contact meer. Ik kan alleen maar zeggen dat ik er eigenlijk al niet meer ben. (met een theatraal gebaar en een grijns) Dit is het afscheid, dit is mijn zwanenzang!'

Aan de ene kant, zegt u, is er die verveling, aan de andere kant een existentiële onzekerheid, een grote onduidelijkheid over de identiteit. Ziet u het populisme als een politieke reactie op deze wezensvragen?
'Deze elementen zijn, bij elkaar opgeteld, een uitstekende voedingsbodem voor angst en ontevredenheid. Iemand die opstaat en zegt dat onze angst gegrond is, ja, die wordt populair, dat begrijp ik wel. De behoefte aan een sterke man, die zegt te weten dat hij de wereld wel begrijpt, die is groot. Die Wilders zelf beschouw ik niet als heel gevaarlijk, het lijkt me niet zo'n slimme jongen. (vrolijk drukt ze haar wijsvinger tegen de lippen, als om ons recordertje te bezweren) Een prima boeman, dat wel. Maar dat mengsel van verveling en verwarring, dat geleid heeft tot zo veel ongeluk, dat ons zo veel creativiteit heeft ontnomen, daar ligt het werkelijke probleem.
Het is de taak van de politiek om ons die creativiteit te gunnen. Het beste op cultureel gebied moet altijd, overal, en voor iedereen beschikbaar zijn. Je kunt de mensen niet dwingen om van cultuur te genieten, maar het moet wel voorhanden zijn. Ze moeten geconfronteerd worden met kennis, en de schoonheid ervan. Dat gebeurt niet, of te weinig. Het is zo zonde, leven zonder het geluk van muziek of literatuur. En dat terwijl we ons bepaald niet hoeven te generen voor wat Nederland op deze gebieden heeft voortgebracht.'"

- Hella Haasse

De Groene Amsterdammer, 10 augustus 2011

donderdag 4 augustus 2011

Musée des Beaux Arts


About suffering they were never wrong,
The Old Masters: how well they understood
Its human position; how it takes place
While someone else is eating or opening a window or just walking dully along;
How, when the aged are reverently, passionately waiting
For the miraculous birth, there always must be
Children who did not specially want it to happen, skating
On a pond at the edge of the wood:
They never forgot
That even the dreadful martyrdom must run its course
Anyhow in a corner, some untidy spot
Where the dogs go on with their doggy life and the torturer's horse
Scratches its innocent behind on a tree.

In Brueghel's Icarus, for instance: how everything turns away
Quite leisurely from the disaster; the ploughman may
Have heard the splash, the forsaken cry,
But for him it was not an important failure; the sun shone
As it had to on the white legs disappearing into the green
Water; and the expensive delicate ship that must have seen
Something amazing, a boy falling out of the sky,
Had somewhere to get and sailed calmly on.

- W.H. Auden

Another time, 1940

Humoristische romanfragmenten (1)

"Maar u bent toch zeker niet... bent u bij de god geweest?" "De god," zeg ik. "De stenen god?" zegt zij. "Ja," antwoord ik, "daar ben ik geweest." "Ongelukkige!" roept ze. We praatten hier een tijdje over: ik had met mijn vingers aan de god gezeten, aan de god van Gilbert de Lap, die was heilig, nu had hij zich op mij gewroken! Ik lach nog steeds en maak grappig en maak haar min of meer stapelgek, dan breek ik een hanteerbare wilgetak af en snijd hem kaal. Ik wens dat de Lap voor den dag komt, hij heette Gilbert, een echt onderkruipsel natuurlijk; voor den dag met hem! Ze luisterde niet naar me, maar noemt me "Ongelukkige" en zegt "Stakker" en beklaagt me. "De stenen god!" zegt ze. "Nu zie ik dat het waar is dat hij zich kan wreken! Het is geen steen," zegt ze, "wat voor soort steen kan het zijn? Let wel hij druipt van heiligheid, die Lappen van geslacht op geslacht erin hebben gebéden!" zegt ze. Dan is mijn ogenblik gekomen, ik probeer de roede, of hij goed door de lucht fluit, mijn vingers doen tegelijkertijd vreselijk pijn, maar uit woede sla ik daar geen acht op. "Voor den dag met de Lap!" zeg ik. "De Lap?" vraagt zij; "hij kan u niet helpen!" "Dan ga ik hem zelf zoeken!" zeg ik. Ze antwoordt: "Bent u gek, wat wilt u?" En ze rent achter me aan en houdt me vast. Het mens is sterk, opmerkelijk sterk, en mijn handen zijn machteloos. "Voor den dag met de Lap, of ik zoek hem zelf en ransel hem naar uw huis toe!" zeg ik. "De Lap? Wat wilt u met de Lap?" vraagt ze en krijst als een dier. Ik hef de roede op en zwiep hem door de lucht en zeg alleen maar: "Dat mag God weten!" "Zeg me wat u met de Lap wilt!" schreeuwt ze. Ik verklaar dat ik Gilbert de Lap wil ranselen. "O, maar ik zal dennenaalden en zacht mos onder hem leggen als ik met hem klaar ben! Die schooier heeft zijn stenen god met een giftige stof ingesmeerd om iedereen die hem aanraakte een ongeluk te bezorgen! Ik heb het gevoel dat ik zelfs mijn jekker over Gilbert de Lap zal leggen als ik met hem klaar ben, want hij zal er voorlopig niet meer vandaan komen!" Tijdens deze woorden verandert de gezichtsuitdrukking van de barones, ze hapt naar adem en er komt een onnozele blik in haar ogen. "Gif," zegt ze, "heeft hij er gif op gesmeerd?" "Ja, dat heeft hij," antwoord ik, "hij heeft er drek opgesmeerd en er zit ongetwijfeld wrattenkruid en kwikzilver in die drek." "Ik zal iemand achter de Lap aan sturen!" zegt ze. Toen gingen we samen het bos uit naar huis.

- Knut Hamsun

Rosa, 1908